top of page
Karel Hupperetz

De kunst van glas-in-lood





De vroegste kerkramen ontstonden bij mijn weten in eeuw in Klooster Lorsch. De iets latere, omvangrijke start van het glas-in-lood was in Augsburg in de 11e eeuw. Dat had in die tijd vooral te maken met de Biblia Pauperum, de poging om bijbelse verhalen beeldend en toegankelijk te vertellen voor het ongeletterde volk. Dat gebruik waaide over naar Frankrijk, naar de kathedraal van Chartres, die in 1037 werd ingewijd, en na een brand in 1194 weer werd opgebouwd. 


Met name sinds de gotische kerkenbouw zijn glas-in-lood-kunstwerken in kerken en profane monumenten niet meer weg te denken. Ik herinner mij nog goed de documentaire van Hans Keller over de criticus Kees Fens, die de VPRO twee dagen na zijn overlijden in juni 2008 uitzond. De titel luidde: Kees Fens, erfgenaam van een lege hemel, als een verwijzing naar de afbraak en teloorgang van kerk en religie sinds de kinderjaren van Fens. In een stuk over dat ontglipte verleden in de Volkskrant van 16 juni 2008 kwam een passage voor over het beroemde rozet van de kathedraal van Chartres:  ”Naarmate de dag vordert wordt dat rozet lichter, op een gegeven moment is het zo licht dat je kleuren kwijtraakt. Ik denk dat dat dan God is.”

In 2021 werd in die kerk – sinds 1979 Werelderfgoed – gewerkt aan de restauratie van de ramen. Arte zond er in februari van dat jaar een programma over uit, met de fraaie titel Farben des Himmels.


Uit mijn kinderjaren herinner ik mij heel goed de talloze kerkramen van Limburgse kunstenaars als Joep Nicolas, Charles Eyck en Henri Jonas, die niet alleen regionaal, maar ook landelijk talloze kerkramen realiseerden. Veel kerken waren door de beide wereldoorlogen vernietigd of beschadigd geraakt, waardoor er een grote behoefte aan restauratie van kerkramen ontstond. Inmiddels zijn we door secularisering en teruglopend kerkbezoek in een fase van leegstand, sloop of een andere bestemming van de kerken beland.      .                                                             


De magie van glas-in-lood speelde ook in de schilderkunst een belangrijke rol, denk aan Vermeer waar op 15 van zijn 34 werken glas-in-lood-ramen te zien zijn, evenals bij talloze andere Hollandse meesters. Ook in veel huizen van de burgerij maakte men sinds de 17e eeuw veelvuldig gebruik van glas-in-lood in herenhuizen of bij familiewapens.

Hetzelfde geldt ook voor een beroemde kunstenaar als Chagall die in Mainz, Reims en Metz kerkramen realiseerde. Het spel van licht en kleur was eeuwenlang zeer gewild en aantrekkelijk. In de loop van de 20ste eeuw werd de glazenierskunst steeds abstracter, zoals bij onze landgenoot Jan Thorn Prikker of de al genoemde Chagall en Rouault.


Inmiddels is het somber gesteld met deze kunstvorm, die vaak van vader op zoon werd doorgegeven. Er bestaat nog maar een vakopleiding. Zo ontstaan grote problemen bij de restauratie van rijksmonumenten of historische panden, vooral ook door het tekort aan mensen in praktische beroepen als steenhouwers en glaszetters. Gelukkig zijn er nog wel wat glazeniers actief, die zich richten op woonhuizen en monumenten, of die cursussen aanbieden voor geïnteresseerden.


In Groningen hebben wij nog iemand als Robert-Paul Sprenkeling met zijn glas-in-lood-atelier aan de Suikerlaan. Zijn ambacht is een uitermate ingewikkelde techniek en een zaak, waarbij veel aspecten bij de realisering een rol spelen. Doordat de beroepsgroep van glazeniers steeds kleiner wordt, is een artikel in de NRC van 3 juni 2022 heel begrijpelijk, waarvan de titel luidde: “Zonde als glas-in-lood verdwijnt.”

We moeten het inmiddels bijna hebben van toevalligheden zoals de ontdekking van een aantal schetsen van Jan Toorop (1858-1928) voor de ramen van een kapel van de koepel-kathedraal van Cuypers in Haarlem, die opdoken bij een veiling in Londen in 1989 en inmiddels werden gerealiseerd.


Ik was tot slot dan ook zeer verheugd naar aanleiding van een artikel in de Volkskrant van 11 oktober 2023 over het hoogste glas-in-lood-kerkraam van Europa in Alkmaar. De film- en videomaakster Fiona Tan had voor  de Grote Sint Laurenskerk Het Grote Raam ontworpen van 23 meter hoog en 7 meter breed, met zo’n 45.000 abstracte glasstukken in kleurrijke patronen. De weerkaatsing van licht en kleur op de vloer en de muren van de kerk is adembenemend.  Deze opdracht uit september 2020 werd in oktober 2023 onthuld ter gelegenheid van 450 jaar Alkmaars Ontzet. De begeleidende tentoonstelling Raamwerk is nog te bezoeken op zondagen tot en met 3 maart 2024. De verwerkelijking van dit grootse project vond plaats in een Duitse glasstudio. Dus is er nog enige hoop en perspectief voor deze zo bijzonder kunstvorm.


Ik wens u alle goeds voor het nieuwe jaar 2024.


Karel Hupperetz

85 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page