top of page

Wekker in Khiji Phalate

 


(Pike Peak, Nepal, 8 april 2015)

 

Nog half in slaap draai ik me om en gelijktijdig dringt vertraagt een hoog gekrijs tot me door. Erma stoot me aan; ze is natuurlijk al veel eerder wakker geworden. Langzaam word ik me bewust van de omgeving: een ronduit smoezelige ruimte, laag plafond afgedekt met vuilniszakken, houten wanden volledig beplakt met oude kranten, drie ramen met spinrag en ruiten die alles behalve helder zijn.

 

Ik realiseer me dat we hier gisterennamiddag zijn aangekomen na een fantastische, maar lange wandeltocht via ezelpaden over heuvels met rododendron-bossen in volle bloei en door kleine dorpjes. Het gekrijs sterft weg. We staan op en schieten in de kleren om te kijken wat er gaande is. We stommelen de gammele trap af en beneden smeult het houtvuur waarop gekookt wordt. De ruimte is gitzwart van het roet.  

 

Om half acht staan we buiten in de frisse ochtend lucht. Het is nog wat mistig, maar de lage opkomende zon verdrijft de sluiers in rap tempo. Op pakweg honderd meter van ons guesthouse op de heuvel zien we de bron van onze ‘wekker’, een varken.

 

Een slachter is door de eigenaar van het varken ingehuurd om met twee assistenten een einde te maken aan het knorrende bestaan. Op een grote rieten mat ligt het inmiddels ontzielde massieve lijf. Een grote kom met het kort daar voor nog leven-schenkend bloed staat naast de rieten mat. Met brandend stro wordt de zwarte vacht geschroeid tot dat de grove blanke huid van het immense beest ontdaan is van alle haren. Een best zware klus, omdat de vleesmassa gekeerd en gewenteld moet worden. Na het schroeien wordt de huid met water en spons gewassen. Als deze preparering van de buitenkant voltooid is, wordt het varken op zijn zij gelegd. De slachter scheidt met enkele stevige halen van zijn vlijmscherpe mes de varkenskop van de romp. Vervolgens wordt het beest op zijn rug gelegd en terwijl de twee hulpjes de buik spannen door de vier poten naar buiten te trekken, snijdt de slachter de buikwand door. Dan volgt een delicate operatie; meters lange darmen en met extra voorzichtigheid de gal en alle andere ingewanden worden verwijderd. Een tweetal hanen en een zwerfhond scharrelen rond om wat mee te pikken van deze buitenkans. Het is een bloederig tafereel waar je niettemin onmogelijk niet naar kan kijken. Het is verrassend kundig ambachtswerk en in de uiterst sobere omstandigheden hier voelt het ook heel natuurlijk.

 

De zon heeft alle mistflarden verdreven en voelt al warm aan. De slachter en hulpen krijgen gezelschap van meerdere dorpelingen. Het voormalige goed vetgemeste varken is eerst verworden tot een karkas met daarnaast een voor ons leken niet verder te duiden blubberige massa van verschillende organen. Vervolgens wordt het karkas gereduceerd tot een groot aantal brokken vlees al dan niet met bot en stukken poot. Alles wordt in kleine groenige plasticzakjes gedaan. De dorpelingen kiezen een of meerdere zakjes, die op een kleine weegschaal worden gewogen. Gewicht, soort inhoud en de verkoopprijs wordt genoteerd in een schriftje. Na betaling is het tijd voor bijkletsen met andere kopers.

 

 Goed 2 uur nadat we op de heuvel aankwamen is het varken verdwenen en rest niets meer dan een rood gekleurde mat waarop de hanen en nu ook meerdere kuikentjes zich te goed doen aan de restanten.

 

Sahadev, onze gids, komt ons halen voor het ontbijt. Khel, onze drager, kok en redder in alle noden heeft op het houtvuur kokend water klaar voor koffie of thee en eieren gebakken. We nemen plaats op een paar kleine krukjes om buiten op een soort terras te genieten van het ontbijt. Even later komen de slachter en zijn hulpen ook het terras op om te proosten op de geslaagde klus en af te rekenen met de eigenaar van onze wekker: de eigenaar van ons guesthouse. 

 

De dag is nog nauwelijks begonnen en nu al onvergetelijk.

 

 

 

Rob Oorthuizen, 3 mei 2024

Opdracht mei 2024: Reisverslag

40 weergaven0 opmerkingen

Comments


bottom of page