
do 27 okt
|Ons Centrum
Broodje met Jan Kalter: Opstand en ondergang van de veenarbeiders
€ 7,00 inclusief broodje en (karne)melk. Aanmelden noodzakelijk Honderd jaar geleden stond Zuidoost-Drenthe letterlijk en figuurlijk in brand, toen de veenarbeiders in het gebied in opstand kwamen. De gebeurtenissen in het voorjaar van 1921 beschrijft Jan Kalter in een nieuw boek.


Tijd en locatie
27 okt 2022 12:00 – 13:15
Ons Centrum, Kerkstraat 2B, 9751 BC Haren, Nederland
Over het evenement
Let op: dit Broodje duurt wat langer
Jan Kalter (Enschede, 1953) studeerde sociologie in Amsterdam en Groningen. Zijn doctoraal scriptie die hij in 1981 samen met zijn studiegenoot Marcel van Gastel schreef, werkte hij na zijn pensionering in 2017 uit. Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe 1860-1921 verscheen vorig jaar bij Van Gorcum in Assen.
Harener Jan Kalter was werkzaam voor de Oost-Groninger gemeenten en later beleidsmedewerker bij de provincie Groningen op het gebied van economische zaken, ruimtelijke ordening en infrastructuur. “Plannen om de scriptie tot een boek te maken, bestonden al lang, maar uiteindelijk kwam ik er tijdens mijn pensioen pas echt aan toe. Het feit dat er digitaal nu zoveel meer informatie beschikbaar is gekomen, maakt dat het boek nu ook veel meer gegevens bevat en de geschiedenis van de veenarbeiders aanzienlijk kon worden verdiept”, aldus Kalter.
Turfwinning was decennialang de belangrijkste bedrijfstak in Zuidoost-Drenthe. Toen in 1921 de turfwinning in het gebied instortte, ontstond een sociale ramp: werkloosheid, armoede en honger. De veenarbeiders kwamen hiertegen massaal in opstand. Kalter heeft de dramatische gebeurtenissen van dat jaar, de aanloop en de onderliggende oorzaken op indringende wijze beschreven.
Deze crisis kwam niet uit de lucht vallen. Al vijftig jaar eerder waren er tekenen dat de turfwinning zijn langste tijd gehad had, doordat turf steeds meer door steenkool werd vervangen. De teruglopende rentabiliteit werd op de veenarbeiders afgewenteld, onder meer door het verlagen van hun lonen. In dezelfde periode kreeg het socialisme voet aan de grond en werden er vakbonden opgericht. Deze ontwikkelingen zetten de arbeidsverhoudingen verder op scherp. Juist in deze periode raakten in andere gebieden de turfvoorraden uitgeput en verschoof de turfwinning naar Zuidoost-Drenthe. Gesteund door hun vakbonden kwamen de veenarbeiders in opstand. Maar ook binnen de vakbewegingen was rivaliteit. Anders dan in de rest van Nederland speelde in Zuidoost-Drenthe binnen de vakbewegingen vooral de botsing tussen de revolutionaire socialisten en sociaaldemocraten. Het overgeleverde beeld van arme, ongeschoolde en opstandige veenarbeiders is sterk bepaald door deze laatste fase van de vervening.