
do 23 feb
|Ons Centrum
Broodje met ... Egge Knol: Vijf eeuwen Groninger gelegenheidspenningen
Museumconservator dr. Egge Knol heeft bij het Groninger Museum een breed werkterrein. Jongste grote project was de tentoonstelling ‘Stad houdt stand’, ter gelegenheid van 350 jaar Groningens Ontzet met onder meer gelegenheidspenningen. € 7,00 inclusief broodje en glas (karne)melk. Aanmelden nodig


Tijd en locatie
23 feb 12:00 – 13:00
Ons Centrum, Kerkstraat 2B, 9751 BC Haren, Nederland
Over het evenement
€ 7,00 inclusief broodje en glas (karne)melk. Aanmelden nodig
Museumconservator dr. Egge Knol heeft bij het Groninger Museum een breed werkterrein. Jongste grote project was de tentoonstelling ‘Stad houdt stand’, ter gelegenheid van 350 jaar Groningens Ontzet. Een onderdeel van die expositie waren de verschillende gelegenheidspenningen die geslagen werden ter herinnering aan het beleg en ontzet in 1672. .
Egge Knol (1956) is sinds 1994 conservator archeologie, geschiedenis en oude kunst en kunstnijverheid bij het Groninger Museum. Hij is daar verantwoordelijk voor een deel van de exposities, hij verricht onderzoek op zijn werkterrein en daarnaast verwerft hij uiteenlopende voorwerpen, kunstwerken en andere historische zaken voor het museum waaronder penningen.
In 2010 werden een gouden en een bronzen Stater, uitgegeven ter gelegenheid van de viering van ‘Haren 850’ aan de Collectie Munten en Betaalpenningen van het Groninger Museum toegevoegd. De Stater is niet alleen een gedenkpenning, maar was in 2010 ook betaalmiddel in Haren.
Knol publiceert regelmatig over de Noord-Nederlandse archeologie en Groninger cultuurgeschiedenis in catalogi van het museum, in het tijdschrift ‘Stad en Lande’ en via zelfstandige publicaties.
Knol studeerde biologie en pre- en protohistorie aan de Rijksuniversiteit Groningen en promoveerde op een onderzoek naar ‘De Noord-Nederlandse kustlanden in de vroege middeleeuwen’ aan de VU te Amsterdam.
Foto - Gouden afslag penning 100 jaar reductie van Groningen 1694 gemaakt door de Emder muntmeester Jan van Rickinga. Collectie Groninger Museum (Foto Marten de Leeuw).